Urkers zitten helemaal op hun plekkie

Arie Noorloos van het Urker Vispaviljoen is dik tevreden over zijn zaak in Zwartsluis, die hij samen met compagnon Meindert de Boer runt. “We hebben het hier heel erg naar onze zin”, vertelt de ondernemer. Dat komt niet van een kant, zo blijkt.

De Urkers openden gisteren (dinsdag) voor het eerst in 2016 hun deuren. “Ik kreeg al berichtjes van klanten dat ze ons misten. Ze vroegen zich af waar we bleven.” Hoewel ze het hadden kunnen weten, want het Urker Vispaviljoen is elke eerste week van januari dicht. “De aanvoer van verse vis geeft dan problemen. Ook zijn de mensen nog ‘vol’ van december en zijn de kindertjes nog thuis”, zegt Noorloos. “Een en een is dan twee.”

Grote gevolgen heeft het niet. “We hebben echt een goede eerste dag gehad.” Hoewel dat anders overigens net zo is. “Het is hier eigenlijk iedere dag druk. En dat is geen grootspraak. We kunnen hier met twee gezinnen van bestaan.”

In de bijna dertien jaar dat ze nu in Zwartsluis staan, hebben Noorloos en zijn compagnon dan ook een flinke klantenkring opgebouwd. “En je krijgt ook vrienden en kennissen. Dat maakt dat het ons hier goed bevalt. En dat is welgemeend. We willen hier dus zeker niet weg.”

Een extra vestiging is ook geen doel. “We zijn weleens benaderd om in Giethoorn of Genemuiden iets op te starten. Maar groter hoeft niet. We zijn nu met twee eigenaren. Open je een nieuwe zaak, dan moet je daar weer een bedrijfsleider op zetten. Nee, zoals het nu gaat blijven we lekker doorgaan.”

Klanten rijden soms speciaal om voor vis van de Urkers. Een man van de Veluwe komt langs. “We hebben een onderkomen in Giethoorn. Als we daar zitten, gaan we hier altijd vis halen. En dat doen we ook in Kampen. Daar zit ook een Urker viszaak, maar die haalt het niet bij deze”, vertelt de klant.

“Onze topper is de huisgerookte zalm”, glundert Noorloos. “Die is echt heel erg lekker. We roken ‘em zelf, in een ton, zonder machines.” Het neusje van de zalm, zogezegd. En dat in het kleine kioskje langs de doorgaande weg. “Dat levert ons echt veel klanten op. Mensen rijden even van de weg af, halen een visje en gaan weer door.”

Het kioskje werd gebouwd in 2011, nadat brand de mobiele viskraam verwoeste. “Dat we daarna een pand bouwden, van alle gemakken voorzien, was een verademing. Vooral voor de klanten, die hoeven niet meer in de regen te staan om hun visje te eten. We hebben ook de beste apparatuur hier. Dat krijg je, als je er tien jaar over nadenkt om iets te gaan bouwen.”

In Zwartsluis is volgens Noorloos een kentering zichtbaar. “Mensen gaan meer kopen in hun eigen dorp. Dat merk je gewoon. En het winkelbestand groeit weer. Dat wil zeggen dat er behoefte aan is.” Zo opent binnenkort ‘Boetiek Havenzicht’, naast de Viskiosk, haar deuren. “Ik ben daar erg blij mee, want ik denk dat zij veel klanten krijgen.”

Noorloos roemt de Sluziger mentaliteit. “Een grote groep Sluzigers zet zich in voor evenementen. Dat werpt zijn vruchten af, ook voor ons.” De vismannen staan bijvoorbeeld in het hart van de Sleepbootdagen. “Die donderdag is het Hemelvaartsdag. Dan zijn wij dicht. Maar we zien dat het dan vrijdags en zaterdags juist extra druk is in de zaak. En als ik mijn bedrijf niet één dag dicht kan doen, heb ik een slechtlopende zaak.”

In 2013 organiseerde het Urker Vispaviljoen een concert in de Hervormde Kerk. “Als mensen aan Urk denken, hebben ze het over ‘Vis’ en ‘Zingen’. Dat wilden wij combineren. De kerk was toen helemaal vol. Er zaten ook mensen in de kerk die nooit iets met het geloof doen. Dat vind ik mooi. Mensen hebben het er nu nog over.” Voor Noorloos de reden om er vervolg aan te geven. “Dit jaar, in september, komt er weer een concert, met een groot Urker Mannenkoor.” Welke dat wordt, is nog onbekend.

“We heten in ieder geval iedereen welkom, zeker ook in het paviljoen. We hopen nog vele jaren, als we de gezondheid krijgen, vis te verkopen”, besluit Noorloos.