6 december 2025
Gebruikers online: 0

Drie mannen voor de rechter na grote en bloedige vechtpartij bij busstation

Geplaatst op: 25 juli 2025 Gepubliceerd door: Enrico Kolk

Een van de drie verdachten uit Zwartsluis had het bloed nog op zijn schoenen toen hij werd aangehouden. Het drietal was op 29 maart betrokken bij een grote vechtpartij tussen twee groepen mannen, vermoedelijk allemaal van Poolse afkomst. Met wapens werd op elkaar in geslagen.

(door Michiel Satink)

Het Openbaar Ministerie schat in dat op 29 maart, tegen eind van de middag bij de parkeerplaats aan het Buitenkwartier, zo’n twintig mannen slaags raken. Van het gevecht, vlak bij de Poolse supermarkt, zijn beelden van bewakingscamera’s. Als eerste komt de 34-jarige Marius K. op de andere groep afgerend, zo beschrijft de rechter de beelden vrijdag. Hij is net aangekomen op zijn motor en parkeert deze na een kort gesprek met iemand. Dan haalt hij iets van een opklapbare wapenstok uit zijn leren jack en rent op de andere groep af. Als iemand valt, slaat K. kennelijk op hem in.

Wojciech S. (52) staat op de parkeerplaats met zwaaiend boven zijn hoofd een sok met een steen er in. Waarom? Hij was op weg naar de supermarkt om brood te halen en trof een groep mannen daar. Hij besloot ‘op een afstandje te staan kijken’. Waarom zwaaide hij dan met die sok met die steen erin? Hij wilde mensen uit elkaar halen, zegt hij. ”Ik heb altijd een steen met een sok bij me. Ik heb daarmee gezwaaid en ben weggegaan”, zegt hij laconiek. Marius K. was ook voor een boodschap naar de Poolse supermarkt gekomen. Hij iemand slaan die op de grond was gevallen? Nee, hij hielp juist iemand, beweert hij. Die wapenstok had iemand laten vallen en was niet van hem. Derde verdachte (33) Karol C. heeft verder weinig te zeggen.

Het meest opmerkelijke aan dit gevecht, waarbij zonder meer slachtoffers vielen, is dat niemand zich meldde bij de politie. Zo blijft de reden van dit gevecht onbekend, ook al omdat de politie er kennelijk niet al te veel onderzoek aan besteedde. Dat C. met het gevecht niets van doen had, acht de officier van justitie zeer ongeloofwaardig. ”Het bloed zat nog op uw schoenen.” Het OM meent dat hier sprake is van een ‘vechtafspraak’. Vandaar ook dat K. een wapen meeneemt. Zo’n massale vechtpartij overdag op de openbare weg maakt indruk in de kleine gemeenschap van Zwartsluis, denkt de officier. ”Mensen zijn geconfronteerd met heftig geweld waarbij iemand een levensgevaarlijk wapen heeft gebruikt.” Hij eist tegen alle verdachten 3 maanden cel.

Alleen K. laat zich vertegenwoordigen door een advocaat en beroept zich op noodweer. In het geval de rechter daarin niet meegaat, benadrukt de raadsvrouw de fysieke en psychische problemen van haar cliĆ«nt. ”Als je ondanks je maagproblemen, depressie en straatvrees zoveel geweld kunt plegen, dan kun je ook in de cel zitten”, reageert de officier fel.

De rechter vindt een celstraf een stap te ver, vooral omdat hij niets weet van letsel bij slachtoffers. Van noodweer was geen sprake. ”Dan haalt u uit uw leren jack een slagwapen en zie ik u een persoon die op de grond ligt hard slaan”, zegt hij tegen K. over de beelden in het dossier. Hij legt de verdachten een taakstraf op van 100 uur waarvan de helft voorwaardelijk. De officier gaat nadenken of hij in beroep gaat tegen deze uitspraak.